Waregem Koerse is dé hoogdag van de paardensport en van Waregem; gekend tot ver buiten de stedelijke, provinciale en nationale grenzen. Ontstaan in 1847 zorgt Waregem Koerse vandaag nog steeds voor een massale volkstoeloop op de dinsdag na de laatste zondag van augustus.
Historiek van Waregem Koerse
De paardenrennen ontstonden bescheiden als een onderdeel van de lokale oogstkermis. De eerste editie van Waregem Koerse werd gehouden op maandag 30 augustus 1847 en vond plaats op de hoek van de huidige Olmstraat en de Noorderlaan, op de gronden van de familie Boulez. Als fenomeen waren paardenrennen al enkele decennia in grote Belgische steden als Brussel en Gent bekend. Vanaf het midden van de 19e eeuw begonnen ze ook op het platteland door te dringen. Zeker in het eerste decennium moet er weinig meer dan puur kermisvermaak bij deze rennen voorgesteld worden. Ze werden heel populair bij de lokale bevolking en trokken duizenden mensen uit de eigen en omliggende gemeenten aan. Op de renbaan vond men mensen uit alle klassen. Wel was er een duidelijke segregatie tussen arm en rijk op de hippodroom merkbaar. De rijken vertoefden op de weegplaats of pesage, de armen op het minder comfortabele grasveld of pelouse. Een groot deel van de populariteit hadden de rennen te danken aan de mogelijkheid om er te gokken.
De paardenrennen vonden vanaf 1849 plaats op de eerste dinsdag na de laatste zondag van augustus. Tot vandaag blijft dit de traditionele koersmeeting. In het begin van de jaren 1850 werd door de lokale elite de Sociéte d'Encouragement pour les Courses et l'Élevage de Chevaux de Waereghem opgericht. Deze organisatie bestond uit de toenmalige Waregemse elite met personen als burgemeester Jules Storme en kasteelheer Felix De Ruyck. Net als in andere steden werd de verbetering van het paardenras als hoofdreden aangeduid om paardenrennen te organiseren. Deze vereniging bouwde een belangrijk netwerk uit dat de paardenrennen ondersteunde en ervoor zorgde dat de koersen meer prijzengeld kregen en dus betere paarden aantrokken en zo belangrijker werden. Het grote populaire succes van de paardenrennen zorgde ervoor dat de terreinen aan het station al snel te klein waren. Er werd uitgeweken naar de zaai- en weilanden tegenover het kasteel van Potegem. De eerste renbaan bestond uit tijdelijk opgetrokken constructies, later zouden die echter uitgroeien tot de Gaverbeek hippodroom. De inrichting van de eerste Grand Steeple des Flandres in 1857 kan beschouwd worden als de definitieve doorbraak van de Waregemse rennen. Zeker in de jaren 1860 en 1870 behoorden de rennen tot de Belgische top. De goede spoorverbinding die Waregem bezat zorgde ervoor dat bezoekers en paarden van buiten de onmiddellijke regio de hippodroom aan de Gaverbeek konden bezoeken.
De Belle Epoque was een absoluut hoogtepunt voor de rennen in België, maar dat was het niet in Waregem. Er was een stagnatie en zelfs een daling van het prijzengeld. Toch bleven ze belangrijk en al kon het prijzengeld niet meer concurreren met dat in Brussel en later in Oostende, men kon nog steeds relatief veel geld verdienen. Het kermiskarakter van de rennen bleef ook mateloos populair en trok nog steeds massa's volk aan. De Eerste Wereldoorlog zorgde voor het stilvallen van praktisch alle hippische activiteit in België. Tijdens het interbellum domineerde de renbaan van Oostende het zomerseizoen en die van Brussel het winterseizoen. In vele steden kon men niet meer concurreren met deze koersmastodonten en zag men af van de inrichting van paardenrennen. Waregems traditionele rendag vond plaats na de sluiting van de Oostendse renbaan en voor het openen van die in het Brusselse. De Waregemse paardenrennen werden de traditionele stop tussen beide seizoenen en hadden daardoor niet af te rekenen met directe concurrentie.
De directe naoorlogse jaren werden gekenmerkt door een duidelijke daling van het aantal bezoekers. De veranderde sociale en maatschappelijke toestand van het midden van de jaren '50 deed de populariteit van de paardenrennen en het kermisgebeuren snel dalen. De Koersmaatschappij vond daarop slechts in de jaren '60 een antwoord door grote sponsors aan te trekken en de rennen een iets meer exclusief karakter te geven. Deze manier van werken had succes en tegen het midden van de jaren '60 steeg het bezoekersaantal opnieuw. De laatste vijftig jaar zijn enerzijds gekenmerkt door een nog hevigere professionalisering en commercialisering van Waregem Koerse door de Koersmaatschappij. Anderzijds werd onder impuls van het stadsbestuur het evenement omkaderd door een week van Waregem Koerse feesten. Dit heeft ervoor gezorgd dat de algemene crisis die de Belgische paardensport de laatste decennia doormaakt, op koersdinsdag in Waregem zo goed als onbestaande is. Nog altijd wordt er gekoerst en gefeest aan de Gaverbeek op de eerste dinsdag na de laatste zondag van augustus!