Het gemeentelijk park met deelgemeentehuis 'De Mote' in Desselgem is een site met een historisch verhaal.
Historiek van de Mote
Wat we vandaag kennen als ‘De Mote' was tot 1894 de plaats waar de pastorie van Desselgem stond. De pastorie moet rond 1890 in een erg erbarmelijke staat geweest zijn. Toenmalig pastoor Van Steenhuyse had eerst geprobeerd geld los te peuteren bij de uitbaters van het Munkenhof, maar ving daar bot. Een tweede poging lukte beter. Provinciaal architect Naert kwam naar Desselgem om de staat van het gebouw na te gaan. Pastoor Van Steenhuyse ontving hem gepast in zijn bureau, zij het wel met een paraplu boven het hoofd om de man direct de gebreken van het gebouw te laten zien.
Het verslag van de architect laat alvast geen twijfel bestaan over de staat van het gebouw. Het gebouw stond op een soort eilandje met een gracht rond. Deze omwalling zorgde ervoor dat de kelders steeds onder water stonden. Dit maakte dan weer dat de muren steeds vochtig waren. Men poogde dit te camoufleren door er een linnenbekleding voor te spannen. Volgens architect Naert zaten er een menigte ratten achter dat doek en dagelijks moesten de gaten worden gedicht.
Naert oordeelde dat men best een nieuwe pastorie kon bouwen, op een andere plaats, verder van de gracht. Hij suggereerde zelf dat de pastorietuin daarvoor best in aanmerking kwam. De nieuwe pastorie was bij de aankomst van pastoor Raes in 1973 echter opnieuw in slechte staat. De nieuwe pastoor weigerde zijn intrek te nemen in deze pastorie en hij betrok een vrijstaand huis in de Nieuwstraat. Later verhuisde de pastorij dan naar de Liebaardstraat. De oude pastorij werd wat opgeknapt en vanaf 1975 namen de gemeentediensten er hun intrek. Meteen was de herberg Het Gemeentehuis zijn eeuwenoude functie kwijt. Vanaf 1978 liet de gemeente de pastoriesite aanleggen als gemeentelijk park, met behoud van de oude watergracht waar ooit de eerste pastorie stond.